Karibu to Kenia.

17 november 2013 - Kakamega, Kenia

“Jambo Kenia Wild Live”

En daar is ie dan, op de harde weg in Kenia.Op 1 november, om precies te zijn 12.15 uur (Keniaanse tijd) reden we in Mombasa de havenpoort uit. Precies 2 maanden na ons vertrek uit Nederland voelde het alsof we opnieuw aan onze reis begonnen. Met dezelfde euforie als toen we Israel inreden met eigen auto, zo voelde het nu ook. Al met al duurde het toch nog wel even voordat alle papieren in orde waren om te vertrekken. Die ochtend zaten we al om 7.00 uur te ontbijten met Timimi in een local food tentje, in de verwachting dat we rond 9 uur de auto konden meenemen, maar dat werd uiteindelijk 12.15 uur. Zonder een tussenpersoon hadden we de auto zeker niet zo snel terug gehad. Er stonden er wel honderd die ingeklaard moesten worden. De euforie die we voelde toen we de poort uit reden moest in dit geval direct plaats maken voor het serieuze werk want het rijden aan de linkerkant in combinatie met het rijgedrag in Kenia is niet bepaald zoals wij dat gewend zijn. Daarbij is de weg van Mombasa naar Nairobi de enige verbindingsweg en hier over heen moet al het transportverkeer van Kenia. Het is een onoverzichtelijke 2 baansweg die gedomineerd wordt door vrachtwagens met containers. Maar Ton reed meteen zeer aangepast en ging vloeiend met het verkeer mee, weg uit de stad, op naar het Wild Live.

Kenia, officieel heet het de Republiek Kenia, heeft een oppervlakte van 582.646 km2, waarvan ongeveer 13.400 km2 water is. In 1888 arriveerde de Britisch East Africa Company in Kenia. De Britten vormden het oost Afrikaanse protectoraat, en zo werd het gebied een Britse kroonkolonie en dat verklaard meteen het rijden aan de linkse kant. Kenia is sinds 1963 een onafhankelijke staat. Het heeft een ethnische bevolking van 8 verschillende soorten groepen. De meest gesproken taal is Engels en Swahilisch, dat in heel Oost-Afrika als verbindende taal fungeert tussen de verschillende volken sinds enkele eeuwen voor de koloniale overheersing. De belangrijkste inkomstenbronnen zijn export van koffie en thee, daarnaast het toerisme naar de nationale parken en wildreservaten. De laatste jaren brachten binnenlandse conflicten de toeristenindustrie ernstige schade toe, en dat is tot op de dag van vandaag nog steeds merkbaar. Het land grenst in het noorden aan Ethiopië, in het oosten aan Somalië in het zuidoosten aan de Indische Oceaan, in het zuiden aan Tanzania, in het zuidwesten aan het Victoriameer, in het westen aan Uganda en in het noordwesten aan Zuid-Soedan.  Aangezien alles in en rondom Kenia onze interesse heeft, en Mombasa in het uiterste zuidoosten van Kenia ligt, waren we dus genoodzaakt het hele stuk weer terug te rijden. Geen ramp, niets kon ons van slag brengen nu we de “dromer” weer terug hadden. Omdat er in de 3 weken dat we auto kwijt waren andere mensen in gereden, gezeten en geneusd hadden, hadden we allebei sterk de behoefte om zo snel als mogelijk alles weer “eigen” te maken.

Productieve wasserette. Allemaal werkverschaffing.We reden naar een wasserette, bestaande uit 6 ijverige Afrikanen met lappen, emmers en bekertjes die de buitenkant onder handen namen. Van binnen werd alles door onszelf opgefrist en geordend. De cabine weer ingericht en daar gingen we. Zo blij als kinderen op weg naar Voi, de ingang van het Tsavo National Park. De eerste avond verbleven we op een campsite net buiten het park zodat we de volgende dag op tijd op pad konden. Op tijd werd iets later, omdat we nauwelijks sliepen vanwege een peloton muggen wat hun zinnen op ons had gezet.

Prachtig Tsavo National ParkEenmaal in het Tsavo National Park beland lieten we de auto nog geen 5 minuten onbeheerd achter om kaartjes te kopen, en toen we terug kwamen was onze geordende cabine wederom overhoop gehaald. Deze keer zaten er 3 groene meerkatten in, een aapsoort wat eten en alles wat los en vast zit steelt. Helaas voor hen lag er geen eten in, maar de Pantein pennen wekte hun interesse en die namen ze mee. Het Tsavo National park is een wildpark waar voornamelijk de Red Elephant in grote getale zich huisvest. Je mag er met eigen auto in, de wegen zijn goed begaanbaar en zijn voornamelijk heel erg rood door de diep rode gravel. Vandaar ook dat de “Red Elephant” zo “red” is.

Diep rode gravelroads in het Tsavo.Het park ligt in de centrale hooglanden wat in totaal 480 km2 dorre en semi-dorre woestijn is. Het bestaat uit een uitgestrekte savanne met drie wildparken erin, Tsavo East, Tsavo West en Amboseli National Park. De rit werd een fantastisch schouwspel. We zagen honderden, misschien wel duizenden olifanten, honderden waterbuffels, heel veel springbokken en andere boksoorten, apen, giraffen, mooie vogels, zebra’s. We verbleven die nacht ook in het park, luisterde naar de leeuwen en moesten naar binnen vluchten omdat de apen op onze kop scheten!  Het was 1 groot feest.

Lekker rood badje, prachtig om te zien.De volgende dag waren we getuigen van honderden olifanten die zich kwamen baden ergens op een pad wat afweek van de aangegeven route, en we zagen een enorm grote kudde waterbuffels de weg over rennen. Het leek op de trek van de gnoes, maar dan anders.

1 van de BIG 5Het leek wel of we alleen in dit park waren. Er zijn ook hier wederom weinig toeristen. Het kleine regenseizoen is hier begonnen en waarschijnlijk is het hier daarom wat rustiger. We hebben weinig last van de regen, het is hier vooral snoeiheet. Overdag in de schaduw geeft de thermometer 40 graden aan. Maar het kan onze pret niet drukken. Ramen open, beetje vaart maken en veel drinken, dat houdt ons op de been. Kenia heeft een tropisch klimaat. Dit wordt beïnvloed door de Indisch Oceaan en de dichte locatie op de evenaar. Daardoor is het praktisch even lang donker als licht, en zijn de dagen bijna het hele jaar door even lang. Aan de kust is er dag en nacht een constante hoge temperatuur en een hoge luchtvochtigheid. Naarmate we  verder het binnenland in trekken, wordt de lucht droger en de nachten zijn kouder. Regen valt in Kenia in twee periodes, van maart tot en met mei en van eind oktober tot en met december. Meestal valt de neerslag in korte stortbuien of tijdens een storm. En wij kunnen je verzekeren dat als je off road rijdt en het begint te stortregenen, dat je dan beter de nacht ter plekke door kunt brengen in plaats van daarna door de glibber en blubber de route te hervatten.

Tot op heden hebben we nog maar 1 overlander ontmoet in Afrika, en dat was in Addis Ababa. Het westen van Afrika is minder in trek tegenwoordig omdat het continent overland lastig te bereiken is. Dit was voorheen wel anders, vele campsites zijn ontstaan zo’n 10 jaar terug toen het oosten van Afrika nog heel populair was. Tegenwoordig vindt iedereen het te complex om overland naar Afrika te reizen, en daar weten wij inmiddels alles van!

Huishoudelijke zaken gaan gewoon door.Na het park verbleven we 2 nachten op een campsite aan de rand van het park. Hier hadden we alle beschikbare ruimte voor onszelf en konden we ’s avonds nog uren kijken naar de olifantenfamilies die kwamen drinken in de aanwezige pool.

Vanuit Voi reden we richting Nairobi en overnachtte 1 nacht in Kiboko op een zeer relaxte plek, “Hunters Lodge” genaamd. Hier konden we even wat wandelen en van het apenschouwspel genieten.

Jong geleerd is oud gedaan. Brutaliteit zit in hun genen.Hoewel genieten, het was eerder opletten geblazen want ze zaten overal aan en op. Renden als bezetenen over het dak van de camper en kregen er geen genoeg van om aan de spiegel te hangen en op die plek voortdurend een plasje te plegen!

Het veiligste in dit land is overnachten op een campsite of achter de hekken van een lodge of hotel . We hebben wat tijd nodig gehad om onze veiligheid in te kunnen schatten. De mensen die we onderweg treffen zijn vooral vriendelijk en enthousiast en geven ons alles behalve een onveilig gevoel. Wij ervaren de Kenianen die we ontmoeten als een zeer zacht en warm volk. Toch voelen we ons gewaarschuwd door alles wat we lezen en de checkpoints die in dit land aanwezig zijn. Politiek gezien is dit land niet echt een voorbeeld te noemen. De beide regimes die de laatste 2 periodes geregeerd hebben kenmerkten zich door veel corruptie en vriendjespolitiek. Vooral in en rondom Nairobi is dit voelbaar aanwezig. Wereldwijd heet de stad niet voor niets Nairobery. Voor ons was het dus heel erg de vraag of we perse door Nairobi moesten, of eromheen konden rijden. Dit laatste is niet zo eenvoudig omdat je dan al snel over honderden kilometers omrijden praat. Het verkeer is hier zo roekeloos en de combinatie met het links rijden maakt het niet eenvoudig. Als Ton stuurt geef ik aan wanneer hij in kan halen of niet. Dit maakt tevens dat de taken gelijk verdeeld zijn. Daarnaast zijn wij 1 van de gezegende stellen waarbij het navigeren door de vrouwelijke helft voortreffelijk verloopt. Dus, met deze wetenschappen bij elkaar opgeteld besloten we om toch naar Nairobi te gaan om van daaruit naar het National Park, de “Masai Mara” te rijden. Nairobi is 1 van de grootste steden van Afrika, de stad is nauwelijks 100 jaar oud en telt 3 miljoen inwoners waarvan er 1 miljoen in de slums wonen. Het is de jongste, modernste, snelst groeiende en hoogst gelegen stad van Oostelijk Afrika. De stad ligt op 1700 meter hoogte en dat kun je vooral merken aan het temperatuurverschil ten opzichte van Mombasa. De stad herbergt de grootste sloppenwijken ten zuiden van de Sahara. Er heerst in de stad zelf veel armoede, en rondom de stad zijn uitgestrekte wijken met verschillende rangen en standen. Wij verbleven tijdens ons verblijf in het westelijk gedeelte van de stad. Daar bevindt zich de “Upper Hill campsite & Back Packers”. Een prima plek om een paar dagen te verblijven als je iets te regelen hebt in Nairobi.

Deze kleine weesjes zijn slechts 3 maanden oud.Wij verbleven er 2 dagen/nachten en we bezochten de elephant nursery, http://www.sheldrickwildlifetrust.org, waar we een olifant adopteerde van de donaties die we ontvangen hebben in Nederland. Hier konden we met eigen ogen zien wat deze organisatie doet voor de weesolifanten in Kenia. Door de nog steeds voorkomende slagtandenmoorden op olifanten en de moorden op neushoorns zijn er in Kenia reservaten opgericht om de achtergebleven kleintjes, die tot hun 3e jaar afhankelijk zijn van moedermelk, op te vangen en groot te brengen.

Dat kan ik mooi al zelf.Vervolgens worden ze op de leeftijd van ongeveer 4 jaar terug gezet in o.a. het Tsavo National park en het Masai Mara National park. Ons, of liever gezegd, jullie geadopteerde olifantje heet “Kithaka” en hij is 2 jaar oud. Hij was de meest eigengereide en onafhankelijke in de groep en dat leek ons wel het meest geschikte “adoptiekind” voor ons. Vanaf nu betalen we jaarlijks een bijdrage van 50$ zolang Kithaka leeft. Hiervan worden we maandelijks middels foto’s en informatie per email op de hoogte gebracht.

En hier is ie dan, Kithaka, ons geadopteerde "kind".Het is interessant om de website te bekijken en iedereen zou kunnen overwegen om een olifantje te adopteren, te gaan bezoeken in Kenia en een goed leven te bezorgen.

Vanuit Nairobi reden we richting het Masai Mara National park. De stad uitrijden verliep prima, het was relatief rustig op de weg. We reden het groener wordende landschap in en in plaats van de mooie hutjes met rieten daken, zoals we die gewend waren van Ethiopië, zien we hier veelal huisjes gemaakt van golfplaten. Minder romantisch dus. We reden van Narok naar de Talek gate door the Great Rift Valley. Deze vallei is onderdeel van een enorme breuklijn in het aardoppervlak. The Great Rift Valley loopt van Jordanië door Kenia naar Mozambique. Zoute meren, kliffen, vulkanen, dalen, kloven en hete bronnen zijn typerend voor het landschap rondom het Afrikaanse ‘slenkenstelsel’. Twee tektonische platen bewegen hier uit elkaar, op dezelfde manier waarop Madagaskar van Afrika is gescheurd en waarop de Rode Zee ooit is ontstaan. De breedte van de Valley verschilt tussen de vijftig en driehonderd kilometer. Antropologische vondsten van de eerste mensen en aapmensen hebben deze slenkvallei ook erg bekend gemaakt. Het is fantastisch om hier doorheen te rijden, met wederom prachtige vergezichten. De tocht beloofde 5 uur te duren, maar duurde al met al 9 uur. Het eerste stuk weg was goed asfalt waardoor we mooi op schema lagen. Het laatste stuk van 90 kilometer ging over in gravelroad. Deze gravel(off)road was zo slecht dat Ton al zijn stuurmanskunsten aan moest spannen en de earth-dromer moest bewijzen wat hij waard was. En dat deed hij. Wat een geweldig sterke auto is het toch. We zwiepten alle kanten uit, gingen door kuilen, gaten, blubber en rivierbeddingen. Alles zat onder de modder, het regende en de avond viel sneller in dan verwacht. Vaak veranderen de niet verharde wegen hier na een regenbui in modderpoelen. De wegen zijn zo slecht dat er veel kuilen worden gevormd en als die kuilen vol met water staan is de diepte moeilijk in te schatten. We reden net voor het donker de parkeerplaats op bij een logde, die zoals we inmiddels gewend zijn ook uitgestorven was. Er zijn verschillende wegen die naar de verschillende gates in het park leiden, waarschijnlijk hebben wij de minst toegankelijke genomen. Hoe dan ook, we waren er, en een heel avontuur rijker.

Allemaal boerenjongens die super aardig waren.De volgende dag verbleven we verplicht bij de lodge omdat het zoveel geregend had dat we inmiddels op een eiland zaten. De jongens van het dorp waren ontzettend aardig en zo nieuwsgierig naar de binnenkant van de camper. Het was echt kostelijk om te zien. Ze vonden het ook erg leuk om gasten te hebben en lieten ons van alles zien. We zagen krokodillen, en liepen met de kudde vee mee door de rivier op weg naar het Masai Mara park.

Een Masai Krijger, héél aardig.De Masai is het volk in Kenia wat de meeste aandacht trekt. Ze zijn opvallend lang en slank, anders dan de Kenianen die we tot nu toe hebben gezien. Ze zijn uitgedost in kleurrijke kleding met kralen, dragen metalen sieraden, en sommige mannen hebben een lange okeren haardracht. De vrouwen zijn voornamelijk kaal geschoren, evenals de kinderen. Ze hebben de naam wreed te zijn en dat wordt gevoed door hun meerwaardigheidscomplex. Traditioneel leefden de Masai van melk en bloed van hun vee. Tot voor een 20 tal jaren terug verafschuwde de Masai Europeanen. Tegenwoordig organiseren zij fotosessie waar je tegen een behoorlijke betaling de Masai en zijn familieleden kunt fotograferen. Wij hadden dit uiteraard anders geregeld, we zijn tenslotte zelf een rijdende attractie. Van iedereen die binnen wilde kijken mochten wij een foto maken, dat was de deal. Wij hebben het contact met de Masai als bijzonder aangenaam ervaren. Ze kwamen op ons bescheiden, hulpvaardig en geïnteresseerd over. We vonden het zeer interessant om te zien hoe zij met ontzettend weinig middelen leven. Ze hebben hun vee, wat voor hun heilig is en zij hebben hun eigen samenleving die erg op elkaar gesteld is. Het is eigenlijk een heel sober primitief volkje wat voornamelijk uitblinkt door hun prachtige gewaden en sieraden.

Jammer, het zit er op het wildspotten.Eenmaal in het park waren we vooral met het wildspotten bezig. Hier, in het park, zijn we in het zuidwesten van de centrale hooglanden. In de golvende graslanden van de Masai Mara, het bekendste en meest bezochte park van Kenia. In dit park mag je in tegenstelling tot de andere parken van de weg af. Bijna een derde van het park is in gebruik door grote aantallen wild. De rest van de Masai wordt ook gebruikt als weidegrond voor onder andere kuddes gnoe’s, zebra’s en gazellen. De grootste populaties leeuwen van Kenia vind je hier, evenals als cheeta's en luipaarden. De Masai heeft veel bos en moerasgrond. Het park is in de jaren 60 door de overheid benoemd tot National park. Tot die tijd was het gebied van de Masai. Doordat zij met hun landbouw en veeteelt steeds verder optrokken, waardoor al het natuurlijke plaats moest maken voor hun bestaan, heeft de overheid hier een stokje voor gestoken en het gebied uitgeroepen tot National park. Uit wraak hebben de Masai toen alle neushoorns die in dit gebied verbleven uitgemoord. Gelukkig is dit in de loop der jaren redelijk hersteld, hoewel de populatie olifanten aanzienlijk minder is dan elders in Kenia, maar je ziet in het park vooral veel verschillende soorten wild.

Het waren er heel veel, en ze moeten ook weer allemaal terug.We spendeerden er 24 uur en zagen er 3 van “the big five”. ’s Nachts sliepen we langs de rivier, een uitloper van de Mara River, bekend van de trek van de Gnoes’s. Dit was in de Serengetti, (Tanzania), het park loopt nl over naar de Serengetti en 1 van de uitgangen komt daarop uit. We konden de leeuwen, hyena’s en olifanten van heel dichtbij horen. De nacht was diep donker, vol sterren en de maan stond andersom.

Mooie sunrise na een nacht wild luisteren in de Mara.De volgende ochtend vertrokken we op tijd en maakte een spectaculaire tocht door de savanne waarbij we allerlei soorten wild spotte. In de Masai Mara hoef je geen gids mee te nemen en je mag er ook vrij kamperen op de daarvoor aangewezen plekken. Dit in tegenstelling tot vele andere parken waar je verplicht achter de hekken moet overnachten. De wegen zijn er erbarmelijk slecht en smal, dus ons dromerke heeft er wel wat littekens van opgelopen!!

En nog 1, prachtig.De beheerders van het park waren uitzonderlijk vriendelijk, ze kwamen ons zelf halen toen ze een leeuw gespot hadden. Daarna zagen we er zelf 1 en dit is dan toch wel een hoogtepunt.

Na het geploeter in het park ploeterde we onze weg naar een campsite net buiten het park. We zagen langs de weg 3 verschillende borden met daarop aangeduid “campsite”. En dan houdt de weg op…………. We moesten direct aan Robin Voorbij denken die ons als tip mee gaf: “Als de weg weg is, neem dan het juiste pad”. Nou Robin, jouw advies hebben we hier in de praktijk gebracht. Al met al verbleven we een week in het gebied van de Masai. Het was er heerlijk. We voelde ons er erg prettig, veilig en genoten van de vrijheid, voornamelijk omdat we gewoon lekker rond konden wandelen zonder continue lastig gevallen te worden. Het enige waar we eigenlijk voor op moesten letten was het rondlopend wild.

Na een week reden we terug vanuit Sekkenani (gate), richting Narok. We dachten dat het niet slechter kon dan de heenweg, maar alles behalve dat was waar. De weg, 75 kilometer lang was 1 wasbord met ongekend veel fijn stof wat het zicht belemmerde, “a road off hell”. We probeerde met vaart, zonder vaart, van links naar rechts, via de bypass-weg, niets hielp, het was dramatisch. En tot overmaat van ramp brak na 45 kilometer de linker voorschokbreker.

Vreemde breuk in de schokbreker. Erfenis van zeer slechte wegen in Kenia.In eerste instantie wisten we niet wat goed wat we hoorde, maar toen Ton keek zag hij direct aan de lekkende olie en de sissende geluiden dat het de schokbreker was. Dus zelfs een nieuwe,speciale schokbreker voor het zware terrein kan op zo’n weg kapot. Die hebben we natuurlijk niet als reserve meegenomen. We vervolgde de weg in de hoop dat er nog ergens asfalt kwam en gelukkig, na 30 kilometer zagen we asfalt aan de horizon rijzen. Na een week in de bush en over zeer slechte wegen gereden te hebben was dit een ware verademing. We reden Narok binnen, een redelijk stadje waar we plannen maakte hoe dit probleem op te lossen. Eerst maar eens pinnen, tanken, inkopen doen en een plek zoeken om de nacht door te brengen. Toen dit geregeld was ging Ton met de kapotte schokbreker op pad en trof een ontzettende aardige Rastafari Afrikaan die hem naar de plaatselijke “garages” vergezelde. Het zijn eigenlijk een soort auto-onderdelen hokken, hij waakte er voor dat Ton niet het 3 dubbele zou betalen, en vervolgens liep hij belangeloos weer met Ton terug. De eerste schokbreker paste niet, en de tweede, eigenlijk bedoeld voor een Land Rover, die paste wel. Opgelost dus. In Afrika lossen ze alles op, dat is Afrika. Als ze nou eens wat meer beleid zouden voeren op het voorkomen van o.a. dit soort zaken, dan zouden er een hoop problemen voorkomen kunnen worden. Maar ja, dan zou Afrika,  Afrika niet meer zijn.

Kakamega Rain Forest, vooral veel rain.De volgende dag reden we richting het Kakamega rain Forest. 400 jaar geleden zou het Kakamega rain Forest aan de oostzijde van een groot bos hebben gelegen. Een bos dat zich uitstrekte in westelijke richting en over het gehele continent doorliep, tot aan de Atlantische kust. Maar 300 jaar later, na de bevolkingsexplosie en de grootschalige ontginning waren de bossen overal uitgedund en was er van Kakamega niet veel meer over dan een eiland van 2400 km2, afgesneden van de rest van het Guinees-Congolese regenwoud. Er is een reële bedreiging heden ten dagen onder druk van de lokale bevolking die het gebied liever wil gebruiken als grasland voor het vee, bouwland en brandhout. Maar ook door laks beleid van de overheid is het huidige bos meer dan 10 maal zo klein als in 1900 en is er nog maar 50% van het bladerdak gesloten in vergelijking tot 90% in 1900.

Fantastisch mooie theeplantages op weg naar Kakamega.Op weg naar het Forest reden we door prachtige landschappen en na het oversteken van de beroemde Mara rivier, bekend van de spectaculaire oversteek van honderdduizenden gnoes en zebra, rijden we door een gebied wat rijk is aan theeplantages. Vrouwen in kleurrijke kleding werkte op het land. Het gaf een mooi aangezicht. Toen we stopte om een boterham te smeren kwamen we in gesprek met een Keniaan die uit interesse naar ons toe kwam. Hij vertelde dat hij sinds kort een eigen bakkerij begonnen was na 10 jaar in een grote bakkerij gewerkt te hebben. Hij had zijn zaak sinds 3 weken en bakte iedere dag 32 broden die hij in het nabij gelegen dorp verkocht. Hij nodigde ons uit om met hem mee te gaan en een kijkje te nemen. We liepen met hem mee naar zijn dorp, wat overigens ook nog een relatief jong dorp was, en namen een kijkje in zijn zaak. Het is grappig wat er op zo’n moment gebeurd. Deze bijzonder aardige jongeman is trots op zijn zaak en op zijn dorp. Hij vertelde dat hij zelf uit een heel arm gezin komt en dat hij er alles aan deed om zijn 2 kinderen de mogelijkheid te geven naar school te gaan. Hij sprak veel waardering uit voor zijn ouders die het op hun manier goed hadden gedaan voor hun kinderen. Trots liet hij zijn gehuurde zaak zien en wij voelden ons ongemakkelijk bij hetgeen we zagen. Het was een hokje, 3 bij 2 meter met daarin een oven die zo slecht was dat ie niet eens dicht kon, en er was in zijn bedrijfje niet meer aanwezig dan 32 blikken bakjes (broodvormen) die hij iedere dag vulde met deeg. De oven werd gestookt op hout. Hij vertelde dat er in het dorp een paar volwassenen woonden, wat tieners en verder alleen maar weeskinderen omdat de ouders aan HIV gestorven waren.

Het schooltje voor de wezen. Het waren er veel voor in een kleine ruimte.Er was een klein schooltje, 2 klassen, en er waren nog wat andere kleine ondernemers. Eigenlijk was het een dorp ontstaan uit armoede en wezen die zich met elkaar inspande door hun krachten te bundelen. De mensen waren trots en blij dat wij bij hen kwamen kijken. Wij waren aangeslagen, voelde ons misplaatst gezien het contrast van onze enorme luxe camper waar we mee reizen. Voor hen voelde dat gelukkig niet zo, ze verwelkomde ons en vroegen of we over een paar dagen terug kwamen om met hen hun 1 jarig bestaan te vieren. We hadden dit graag gedaan als het op de route had gelegen. Hier wisten we allebei zeker dat een flinke donatie op zijn plek was. Niet alleen om zijn initiatief te stimuleren, maar ook om wat spulletjes te kopen voor in de klasjes. We namen afscheid, wisselde namen en telefoonnummers uit en we zagen aan alles dat hij verschrikkelijk dankbaar was. De rest van de dag, en de volgende dag hield het ons erg bezig en hadden we het gevoel dat we veel meer hadden kunnen doen. Maar dit blijven lastige dingen, we zijn uiteraard al heel blij dat we iets hebben kunnen bijdragen.

Het landschap bleef de hele weg erg mooi. Langs de wegen was het voortdurend erg druk met mensen en dorpen die elkaar kort op elkaar opvolgde. De wegen waren erbarmelijk slecht, soms hadden we het idee dat we in een maanlandschap reden, zo slecht.  De ene na de ander ‘speedbump’ volgde elkaar op en nergens konden we vaart maken. Daarbij hadden we de indruk dat we door een arm gedeelte van Kenia reden, er waren hier veel meer ontevreden mensen dan we tot nu toe ontmoet hebben. Toen we door Kisumu reden leek het even of we in een volksopstanding terecht waren gekomen. Joelende mensen zwaaide met takken, hielden het verkeer tot stilstand en liepen in grote groepen over de weg. Toeterende vrachtwagens volgeladen met mensen passeerden we. Iemand zat boven op een vrachtwagen, op een lijkkist te schreeuwen met de foto van, naar wij vermeende, de president in zijn handen. Al met al voelde het niet al te sjofel. Achteraf hoorde we dat het een begrafenis was van waarschijnlijk een belangrijk iemand. Toen we de stad uitreden werden we staande gehouden bij een roadblock door een politieagente die zich afvroeg wat wij vervoerde in deze wagen. Zoiets had ze nog nooit gezien, zat er misschien een olifant of een leeuw in?? Ze moest er zelf ook wel mee lachen en wenste ons vooral een fijne tijd in Kenia.

En nu hangen we aan de andere kant van de aardbol, we voelde de overgang.......niet.We reden de evenaar over, toch wel heel apart. Jammer dat we niet genoeg tijd hadden, want hoe zou een kopje koffie smaken hangend aan de andere kant van deze aardbol? We moesten verder om voor het donker ergens ‘binnen’ te zijn. Even later zagen we een jongen met een nieuwe lijkkist op een brommer rijden, en we bleven aan het uitwijken voor de fietsers op de autoweg. Levensgevaarlijk vonden we het. Uiteindelijk kwamen we 3 uur later dan verwacht aan op de plaats van bestemming en mochten we gelukkig overnachten bij de ingang van het Kakamega rain Forest, waar we individuele bewaking kregen die nacht. We genoten daags erop van het prachtige woud. Het heeft iets mystieks als je er door heen loopt. De vogelgeluiden, de verschillende soorten apen en de vlinderpracht. Het regende bijna de hele dag en dat maakte ons beeld van een wandeling door het regenwoud compleet.

Hele kuddes olifanten deze keer.Onze tijd in Kenia zit er op. We hebben dik 3 weken door het land gereisd en hebben een aardige indruk op mogen doen. Morgen of overmorgen rijden we Uganda binnen en staat ons weer een nieuw avontuur te wachten. Laten we zeggen dat we het Wild Life van Kenia verschrikkelijk mooi vonden. Het is zeker de moeite waard om hiervoor het land te bezoeken. Er is een enorme pracht en diversiteit aan wild aanwezig in en rondom de parken. Je legt een aardige duit neer wat betreft de entreeprijzen, maar daar staat Afrika om bekend. We hopen dat de visie en de missie die men zegt na te willen streven waar kan maken, nl:”To be a world leader in Wildlife Conservation” (visie) and the mission: “To sustainably conserve and manage Kenia’s wildlife and its habitats in collaboration whit stakeholders for posterity”, wij hebben onze twijfels wat betreft de haalbaarheid hiervan gezien het lakse beleid van de overheid en de mentaliteit van de omwonende en hun eigen belangen hierbij.

Wat betreft de veiligheid in Kenia en het gevoel van vrijheid wat hiermee gepaard gaat kunnen wij alleen maar zeggen dat wij ons geen enkel moment onveilig hebben gevoeld. Als we andere spreken, en dan voornamelijk toeristen die onder begeleiding van een gids reizen, dan moeten we geloven dat het land niet veilig genoeg is om het zelfstandig te bereizen. Wij zien dat echter meer als een verkooppraatje. Er zijn echt wel gebieden, voornamelijk in het noorden waar je verplicht in konvooi moet reizen omdat het van dat gedeelte bekend is dat overvallen door Somaliërs aan de orde van de dag is. Hetzelfde geldt natuurlijk voor Nairobi, daarvan geeft zelfs de GPS de “No-Go area’s”aan. Het stoppen langs de weg of op plekken om van het uitzicht te genieten is niet eenvoudig geweest. Het verkeer en met name de kwaliteit van de wegen liet dit niet toe. Hierdoor is het reizen door Kenia niet eenvoudig te noemen. In vergelijking tot Ethiopië hebben we in dit land wel veel meer civilisatie ervaren. Dit heeft ook te maken met de het feit dat van alle kinderen in Kenia, zo'n 85% het basisonderwijs volgt. Van alle kinderen die de basisschool succesvol doorlopen, gaat 75% door in het voortgezet onderwijs. Men spreekt goed Engels en dat maakt het voor ons toegankelijk en geeft leuke en interessante gesprekken. Het leven is hier een stuk duurder dan in Ethiopië, de prijzen zijn in alles vergelijkbaar met de Nederlandse prijzen, met de uitzondering voor brandstof, die kost hier omgerekend 1 euro per liter.

Het echte boerenleven zoals wij dat niet meer kennen.De keren dat we overnacht hebben in de boerendorpjes waren niet alleen voor ons gedenkwaardige momenten maar zeker ook voor de inwoners.’s Morgens gingen ze in de rij staan, allemaal keurig de schoenen uit, om even een kijkje in ons huisje te nemen. Er was veel lol om de klok die we hebben hangen, daar snappen ze niks van, je hebt de zon toch? Ze konden niet geloven wat ze zagen en zij zullen zeker nog lang nadien tegen elkaar zeggen: “Weet je nog, die dag dat die 2 blanken naar ons dorp kwamen………………………”

 

Foto’s

22 Reacties

  1. Hanny van Horrik:
    17 november 2013
    Hoi Ingrid en Ton, Het is genieten van jullie reisverhalen! Geweldige en fantastische ervaringen en gelukkig tot op heden nog alle obstakels goed doorstaan. Mooi om te lezen dat niet alleen jullie een geweldig avontuur beleven, maar ook de mensen die jullie ontmoeten! Ben benieuwd naar jullie volgende reisverhaal! Groet, Hanny.
  2. Marc van Wuijtswinkel:
    17 november 2013
  3. Helene:
    17 november 2013
    Hoi hoi wouw wat een avonturen weer prachtig om mee te maken voor jullie en geweldig om te lezen voor ons.
    Ook heel fijn om weer wat te horen van jullie en fijn dat het goed gaat. Ook leuk dat er een olifantje is geadopteerd..
    Wederom nog héél véél reis plezier gr Helene
  4. Joke tonnaer:
    17 november 2013
    Hallo Jullie twee.
    De verhalen zijn op, bepaalde momenten, boeiend/kleurrijk/spannend en zeer indringend, het voelt echt als mee reizen , bedankt.
    Goede reis weer en lieve groet joke
  5. Ria:
    17 november 2013
    Hoi Ingrid en Ton, wat `n prachtig reisverhaal en foto`s, vooral de foto van die olifanten in`t rode badje,helemaal geweldig.
    Ik wacht op meer, hele goeie reis verder
    . Groetjes Ria
  6. Zwarte plak bewoners:
    17 november 2013
    Ja ja, die twee blanke uit Afrika wat weer een geweldig verhaal. Ton met en enne goeie navigator kom je overal.
    Dat zie je wel weer, prachtige foto`s, bedankt!!
    Kijk al weer uit naar het volgende, goede reis.
    J&R
  7. Elly Ringeling:
    17 november 2013
    Geweldig de avonturen die jullie meemaken. Wat een prachtige verhalen. Veel plezier met de voortgang van jullie reis.
    Groetjes
    Elly
  8. Ineke van der Aa:
    17 november 2013
    Hoi lieverds, wat een mooi verhaal, ik ga een olifantje adopteren, hoop dat er meer mee doen! Geweldig!
    Geniet van de verdere reis, Ineke Jean Paul en Beautje!!!
  9. Caroline:
    17 november 2013
    weer zo mooi! Ik geniet ervan! xx
  10. Tonny:
    17 november 2013
    Ha luitjes,
    een boeiend verslag van jullie reis. het geeft een andere kijk op Afrika. ben benieuwd hoe jullie er later tegenaan kijken. Mooi om te lezen dat men tevreden, gelukkig is met z'n eigen bestaan.
  11. Mientje:
    17 november 2013
    hoi ingrid en ton
    wat een mooi verhaal weer ,het is steeds weer genieten .
    goeie reis verder.
    groetjes mientje
  12. De buurtjes:
    17 november 2013
    Hoi Ton en Ingrid
    Jullie verhalen blijven boeiend. Onvoorstelbaar wat jullie zien zien en meemaken. Wij, met onze herten en Walibi,s voelen ons klein als je schrijft over honderden olifanten in de grote natuur.
    Ja, 40 graden en bij ons doet de winter komende week zijn intrede. Doe voorzichtig en geniet maar lekker.
    De groetjes van ons en pepper.
  13. Ineke:
    17 november 2013
    Hoi Ingrid en Ton
    Wat doet het goed om te lezen dat jullie toch goede doelen vinden waar een kleine bijdrage van het meegebrachte geld echt wel op zijn plaats is. Mij ontroerde het verhaal van het bakkertje wel bijzonder. Ik weet niet of je zijn brood nog hebt kunnen kopen, maar zijn hart heb je denk ik wel gestolen! Ik kan alleen maar zeggen: ga zo door, op zoek naar meer goede doelen! Succes.
  14. Desire Janssen:
    17 november 2013
    Heej... Wat een prachtige avonturen maken jullie mee. Soms wordt ik er wel een beetje jaloers van.
    Heeel veeeeel plezier nog. Tot de volgende spannende avonturen
  15. Nelly plas.:
    17 november 2013
    Hallo Ingrid en ton,
    Fijn weer wat van jullie te horen!!!
    Wat een boeiend verslag ik moet jullie verhaal altijd 2x lezen.
    Tot het volgende verhaal,veel reisplezier en geniet ervan!!

    Lieve Groetjes uit Gennep.
  16. Marion en Mike:
    17 november 2013
    Hoi Ton en Ingrid,
    Jullie zullen nergens echt problemen krijgen met de lokale bevolking omdat jullie precies weten hoe je met mensen om moet gaan. Wie goed doet, goed ontmoet.
    Wij hopen 21 november a.s. te vertrekken richting West Afrika.
    Heeft lang geduurd door alles wat tegen werkte, maar het lijkt er nu echt van te komen.

    groetjes Mike en Marion
  17. Yvon:
    18 november 2013
    in één woord, geweldig. geniet ervan en voorzichtig.
    mis je wel hoor.
  18. Anja:
    18 november 2013
    Koffie en een sigaretje bij de pc en maar weer lekker rustig alles lezen. Het is geweldig wat jullie allemaal beleven, mooi weer wat van jullie te zien. Geniet er maar weer van, tot het volgende spannende verhaal.
    Gr. vanuit Afferden.
  19. Marian van Alphen:
    18 november 2013
    Hoi lieve reislustigen, het is weer een heel verhaal, geplukt van internet maar zo mooi......! Komt hij dan......

    Kenia, ik omhels je........

    Liggend op mijn bank, mijn ogen dicht.
    Mijn cd staat aan , trommels op de achtergrond , en gezang in Swahili.
    In gedachten draait een film. Beelden op mijn netvlies gebrand. Even weer terug naar die andere wereld.

    Met eigen ogen zag ik olifanten, zo groots, angstaanjagend gevaar, niet in te schatten , maar met respect bewonderd.
    Giraffen met hun lange nek, overal bovenuitkijkend, sierlijk bewegend over de savanne van Tsavo-west.

    Een luipaard ligt in zijn boom. De cheetah zo dichtbij.
    De rozige gloed van flamingo's bij Lake Nakuru.
    Spectaculair was ook de oversteek van de gnoes in de masai rivier , zoekend naar sappig gras,
    grensverleggend richting Tanzania.

    Masai-mara, jij geeft me de innerlijke rust die ik hier niet ken.
    Ook heb ik vrienden gemaakt, de zwarte mens die zo dierbaar voor me is geworden.
    's Nachts luisterend in mijn dromer naar de geluiden van de nacht.
    Bangmakend, griezelig soms, maar oooh, wat een intense nachtrust.

    Zonsopkomst, vuurrode gloed, een stilmakend natuurwonder waar ik mijn bed voor uitging.
    Geluiden, geuren en beelden ik ben erdoor besmet.
    Het “goede virus” aan mij gegeven.Een souvenir voor altijd. Als een tattoo gegrift

    De cd heeft zijn einde bereikt, mijn ogen gaan open.
    Over tot de orde van de dag , de realiteit tegemoet, dagen aftellend.
    Wereldvreemd voel ik me , in mijn eigen kikkerland.
    Kenia Land, van mijn dromen, ik omhels je…….
  20. Lies:
    19 november 2013
    Hoi Luitjes
    Geweldig wat jullie allemaal zien en beleven.
    Het is fantasie"s jullie droomreis.


    Heeeel veeeel groetjes van Lies
  21. Mrie:
    19 november 2013
    Hey sweety's. Wij zijn net terug uit SA. Daar zijn we hartelijk uitgelachen omdat bij ons de vos de top predator is. Ach ja lands wijs.... Mochten jullie toch nog in SA terecht komen, ik heb weer een boel leuke adresjes voor jullie. BTW Ton, Winterton is onherkenbaar
  22. Willy en Frans van Dijk:
    25 november 2013
    Wat een geweldige belevenis !
    Spannend,emotioneel,informatief,etc.
    Heel mooi weergegeven,zodat het lijkt er even bij te zijn !
    Wij zijn ook pas in Afrika geweest,bijna 4 weken.
    Er zijn dingen die mij bekent voorkomen!!
    Geweldig hè die mensen ,natuur,wild .
    Dit gaat nooit meer uit jullie lijf.
    Geniet ervan,doe voorzichtig.

    Groeten Willy